Tot op vandaag heb ik er spijt van dat ik de deur van je kamer niet heb geopend die laatste keer dat ik er was. Dat ik niet wat meer op bezoek kwam die laatste maanden.
Ik heb je daarna nooit meer gezien. Je begrafenis was mooi en nu lig je bij opa.
Ik mis je. Al was het maar om bijvoorbeeld te vragen hoe je dat deed, vijf kinderen grootbrengen. Zou het niet zalig zijn om elke dag een kwartiertje te praten met elkaar. Je kon zo gezellig babbelen en met je humor kwamen ook veel wijsheden, verpakt als banale zinnetjes, letterlijk tussen de soep en de patatten. Ik dacht toen dikwijls: ik ga dit letterlijk zo in mijn hoofd steken en onthouden. Maar dat lukte niet. Je wijsheden zitten waarschijnlijk ergens in een klein, vergeten hoekje van mijn geheugen. Hopelijk komen ze om de hoek kijken als ik ze nodig heb.
Vandaag lees ik in Flow wat 'wijs' zijn betekent. Het past helemaal bij jou.
Eén van de gaves die je zo overduidelijk in je had was die van de aanvaarding. Als die of die persoon zo of zo is, dan moet je dat niet gaan veroordelen of trachten te veranderen. Soms denk ik dat je dat misschien té goed kon: je schikken naar het lot (en dus ook naar de mensen om je heen). Maar is dat niet een kiem van een soort geluk? Niet van happy-happy-geluk maar van jezelf niet bezadelen met lasten waar je toch niets aan kan doen.
Misschien kan ik daarom ook eens proberen aanvaarden dat ons afscheid niet is gelopen zoals ik het wou. Misschien wordt het tijd dat ik dat lastige schuldgevoel eens laat varen want ik weet dat je het mij uiteindelijk toch niet kwalijk nam.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten